Efeziërs 1,15-23

 


15
Daarom houd ook ik,
omdat ik hoorde van jullie geloof in de Heer Jezus
en de liefde tot alle heiligen,
16
niet op om dank te zeggen over jullie,
en gedenk jullie bij mijn voorbeden;
17
dit doe ik opdat de God van onze Heer Jezus Christus,
de Vader van de heerlijkheid, jullie geve
een geest van wijsheid en openbaring
om Hem te kennen, en
18
verlichte ogen van het hart,-
opdat jullie weten
wat de hoop van zijn roeping is,
wat de rijkdom van de heerlijkheid
van zijn erfenis is onder de heiligen,
19
en welke de overtreffende grootheid is
van zijn vermogen jegens ons
die (Hem) vertrouwen —
dit naar de werking van de macht van zijn sterkte.
20
Die heeft Hij gewerkt in Christus,
door Hem op te wekken uit de doden
en te zetten aan zijn rechterhand in de hemelen,
21
bóven alle overheid en macht
en vermogen en heerschappij
en alle naam die genoemd wordt, —
niet alleen in deze eeuw,
maar ook in de toekomende;
22
en alles heeft Hij ondergeschikt onder zijn voeten,
en Hem gesteld tot hoofd boven alles voor de gemeente,
23
die zijn lichaam is, de volheid van Hem,
die alles in allen vervult.
Scroll naar boven