Galaten 4,1-7
1Ik bedoel1 :
zolang de erfgenaam een klein kind2 is,
verschilt hij in niets van een slaaf
ook al is hij de heer van alles;
2maar hij staat onder voogden en bewindvoerders3
tot de door de vader vastgestelde tijd4 .
3Zoals ook wij,
toen we kinderen5 waren,
onderworpen waren6 aan de elementaire principes van de wereld.
4Toen de volheid van de tijd gekomen was,
heeft God zijn Zoon uitgezonden7 ,
geboren uit een vrouw,
geboren onder een wet,
5opdat Hij hen,
die onder een wet zijn,
zou verlossen,
opdat wij ontvangen zouden worden als geadopteerde kinderen.
6En omdat jullie kinderen8 zijn,
heeft God de geest van zijn zoon in onze harten uitgezonden,
die roept Abba, Vader.
7Zodat je niet langer slaven bent,
maar kind9 ,
en indien kind,
dan ook erfgenaam, door God.
Noten
1letterlijk: zeg
2νήπιός, een klein/heel jong/onschuldig/nog gevoed kind (zelfs mogelijk:)baby
3managers/economen/boekhouders/huismeesters
4προθεσμία: vastgestelde tijd, de stam is: τιθημι
5opnieuw νήπιός
6δουλοω letterlijk: slaaf gemaakt
7ἐξαποστέλλω eruit gezonden
8υιοι is letterlijk zonen – maar in het meervoud hier gebruikt is zowel vrouwelijk als manlijk in het collectieve begrip opgenomen. Vandaar dat ik ‘kinderen’ prefereer boven het letterlijke ‘zonen’. Oussoren vertaald mooi: zonen-en-dochters.
9Oussoren: zoon-of-dochter

Print deze tekst | vertaling door Kees Meijer | bij (30 november 1999)
Laatste wijziging 2000 01 01 00:00:00
Reacties: nog geen reacties
Andere vertalingen: Gal. 4,1-7 , Gal. 4,1-7 , Gal. 4,1-7 , Gal. 4,1-7