1 | Het Hebreeuwse werkwoord kan, zoals hier, de betekenis van `om hulp schreeuwen´ hebben. |
2 | Eigenlijk `Egypte´, maar vanwege de meervoudsvorm erna vertaald met `de Egyptenaren´ evenals in vss 18, 23, 26, 27c. |
3 | Het Hebreeuwse werkwoord betekent eerst `zwaar zijn´ in letterlijke, maar ook in de figuurlijke zin van `gewichtig zijn´. Vandaar ook `gewichtig doen zijn´ ofwel `eren´ en `zich gewichtig, heerlijk, majesteitelijk tonen, als hier. Let ook op de manier waarop de afleiding `zwaarte´ of `bezwaar´ in vs 25 terugkomt. |
4 | Eigenlijk enkelvoud. |
5 | Het gaat hier niet over de wagens van JHWH, als in Ps. 68,18, maar over die van Egypte. |
6 | Zie voor deze vertaling van het werkwoord: de Naardense bijbel. |
7 | Letterlijk: `Toen Israël de grote hand zag…wat JHWH gedaan had tegen Egypte...” |
8 | Letterlijk: `vreesde´: het gaat hier over wat als `godvrezendheid´ bekend is geworden. |