Jesaja 48,17-22

Inleiding

Jesaja 48 gaat over de trouw van Jhwh aan Jakob/Israël in de ballingschap, met het oog op de terugkeer, terwijl het volk zelf zeer kritisch wordt bevraagd: is het wel een betrouwbare partner? ‘Ik wist dat je hard bent…’ (v. 4), ‘ik wist dat je door en door verraderlijk bent…’ (v. 8). Maar Jhwh gaat toch door zijn nieuwe, bevrijdende dingen te doen: ‘Om mijnentwil, om mijnentwil zal ik het doen. Hoe zou dit ontheiligd kunnen worden: mijn eer geef ik aan geen ander’ (v. 11).(Nog altijd zeer de moeite waard is de vertaling en exegese van Jesaja 48 in het proefschrift van Henk Leene, De vroegere en de nieuwe dingen bij Deuterojesaja, Amsterdam 1987)

Vertaling

17
Zo zegt Jhwh, je Losser,
de Heilige van Israël:
Ik ben Jhwh je God
die jou leert wat helpt
die jou beweegt op de weg die je kunt gaan.1
18
Ach, dat je toch acht sloeg op mijn aanwijzingen!
Het geschiedt: als een rivier zal je vrede zijn,
je gerechtigheid als de golven van de zee;2
19
het geschiedt: als het zand zal je zaad zijn,
wie uit jouw binnenste voortkomen, zullen zijn als de korrels ervan.3
Niet afgesneden, niet vernietigd wordt hun naam4 van voor mijn aangezicht.
20
Trek weg uit Babel,
vlucht weg van de Chaldeeën.
Maak het met jubelstem bekend,
laat dit horen,
laat het uitgaan tot het uiterste van de aarde,
jullie moeten zeggen:
Jhwh heeft zijn knecht Jakob gelost!’
21
Ze hebben geen dorst gehad in de steppen waar hij hen liet gaan.
Water uit de rots heeft hij voor hen laten opborrelen,
hij kliefde de rots en het water stroomde.5
22
Er is geen vrede — zegt Jhwh — voor de kwaaddoeners.

Noten

  1. Twee keer dezelfde stam darach, letterlijk: ‘die je op weg zet op de weg die je gaat…’↩︎
  2. Vaak wordt met irrealis vertaald: ‘dan zou je vrede zijn als…’ (zo NBG51; Naardense Bijbel; NBV21) of nog sterker: ‘dan zou je vrede geweest zijn als…’ (zo bijv. Statenvertaling en Robert Alter), maar de werkwoordsvormen geven daar geen aanleiding toe, het herhaalde wajhi, ‘het geschiedt, het zal zijn’ benadrukt het concreet-reële aspect mijns inziens nog (Zo ook Henk Leene, die er bovendien op wijst dat er in vers 17 al een nieuwe weg van gehoorzaamheid geopend is.)↩︎
  3. Zie de belofte aan Abraham, o.a. Gen. 22:17.↩︎
  4. Suffix in enkelvoud (‘zijn naam’), maar met zaad is bedoeld nazaten (‘wie uit jou voortkomen’), vandaar meervoud vertaald.↩︎
  5. O.a. Exodus 17: 1-7. De uittochtverhalen worden opgehaald met het oog op de toekomstige terugkeer uit de ballingschap.↩︎
Scroll naar boven