Jeremia 23,23-29

 


God dichtbij?!

Deze passage handelt over het verschil tussen het woord van JHWH, dat waarheid onthult, en de woorden van (de andere) profeten die wensdromen verkondigen, een prettige boodschap die echter niet op waarheid/betrouwbaarheid (אמת) is gebaseerd.

23
Ben Ik soms een god van dichtbij – spreuk van JHWH –
en niet [veeleer] een god van veraf?
24
Zou een mens zich kunnen verbergen in verbergplaatsen
en Ik zou hem niet zien? – spreuk van JHWH.
Vul ik niet de hemel en de aarde? – spreuk van JHWH.
 
25
Ik heb gehoord wat de profeten zeggen
die in mijn naam leugen profeteren, en zeggen:
Ik heb gedroomd, ik heb gedroomd!
26
Hoe lang nog
is [dit] in het hart van de profeten die leugen profeteren
en de profeten van het bedrog van hun hart:1
27
zijn zij van plan
mijn volk mijn naam te doen vergeten door hun dromen
die ze vertellen, ieder aan zijn naaste
zoals hun vaderen mijn naam vergaten door de Baäl?
28
De profeet die droomt
laat die een droom vertellen;
en wie mijn woord ontvangt2
laat die mijn woord spreken – getrouwelijk!3
Wat heeft stro met koren van doen? – spreuk van JHWH.
29
Is niet zó mijn woord: als vuur – spreuk van JHWH –
en als een smidshamer, die rots vermorzelt?
 

Noten

  1. Deze uitdrukking is lastig, en lijkt een variatie op de vorige regel, ‘leugen profeteren’. Wellicht is bedoeld dat ze niet alleen anderen maar ook zichzelf (hun hart) bedriegen?↩︎

  2. Letterlijk zijn beide versdelen meer parallel dan in vertaling kan blijken: ‘de profeet bij wie een droom is … bij wie mijn woord is…’↩︎

  3. Vgl. Num. 12:6-8. Daar wordt een iets andere tegenstelling gehanteerd: tot Mozes spreekt JHWH ‘van mond tot mond’, tot de profeten in ‘visioenen en dromen’ (!) Hoewel de terminologie dus iets anders is, wordt Jeremia bijna net zoals Mozes apart gezet van de andere profeten, en worden zijn woorden praktisch met die van JHWH gelijkgesteld.↩︎

Scroll naar boven