Jesaja 25,6-9

 


6
JHWH Tseva’ot zal op deze berg voor alle volken een feestmaal1 11 aanrichten
een feestmaal met oude wijnen
met gerechten met merg bereid
en exquise2 wijnen
7
Op deze berg ook zal hij de sluier3 verslinden4
waarmee alle volken gesluierd5 zijn
het web geweven over al de naties.
8
Verslinden zal6 hij de dood voor eeuwig
en mijn heer JHWH zal de tranen van alle gezichten afvegen
ook zal hij de smaad zijn volk aangedaan van de hele aarde doen verdwijnen.
JHWH heeft gesproken.
 
9
Op die dag zal men zeggen:
Kijk, dat is onze god
onze hoop was op hem7
dat hij ons zou bevrijden.
Dit is JHWH
onze hoop was op hem.
Verblijden wij, verheugen wij ons
om de bevrijding door hem bewerkt.
 

Noten

  1. Vgl. Job 1,5. Wildberger, BK X, 966: “Bei den sjmaníem … ist kaum an Fleisch, sondern an Speisen, die mit viel Öl zubereitet werden, zu denken”.↩︎

  2. Eigenlijk: wijnen die gefilterd zijn.↩︎

  3. Het woord ‘aangezicht van’ dat voor ‘de sluier’ staat is weggelaten. Vgl. voor de wending Job 41,5 (Ned. vert. v.4): NBG: “de zoom van zijn kleed”, pné lbusjo. (Delitzsch, Das Buch Jesaia, 4. Auflage [Leipzig, 1889]). De Naardense Bijbel heeft: ‘het aanschijn van de sluier’; Buber/Rosenzweig: ‘den Antlitzflor’.↩︎

  4. Dit werkwoord wordt ook in Jes. 19,3; Ps. 21,10; 55,10 voor god gebruikt. En vgl. 1 Kor. 15,54.↩︎

  5. I.p.v. lot lezen velen lut, pt. pass. qal van de wortel l.w.t, gegeven de parallellie van v.7a en v.7b wel terecht ; vgl. 1 Sam 21,10.↩︎

  6. Als voortzetting van v.7 zal de waw waarmee dat vers begint ook hier van toepassing zijn.↩︎

  7. Vgl. 26,8.↩︎

Scroll naar boven