Nehemia 9,6-15

 


6
U bent toch JHWH, alleen U!
U hebt gemaakt de hemel, de hemel der hemelen en al zijn heer
de aarde en alles wat daarop is, de zeeën en alles wat daarin is.
ja, Gij geeft hun allen het leven,
en het leger van de hemelen buigt zich voor U neer.
7
U bent toch JHWH, de godheid die Abram verkoren heeft,
hem deed uittrekken uit Ur der Chaldeeën
en die zijn naam ‘Abraham’ gesteld hebt.
8
U hebt zijn hart betrouwbaar (genoeg) bevonden voor u
om met hem het verbond te sluiten
het land van de Kanaäniet, de Hethiet, de Amoriet,
en de Perizziet en de Jebusiet en de Girgasiet
te geven aan hem1 en zijn nazaten;
en U hebt uw woorden doen stáán
want U bent rechtvaardig!
9
U hebt de ellende gezien van onze (voor)vaders in Egypte
en hun geschreeuw hebt u gehoord bij de Rietzee;
10
U hebt tekenen en wonderen gesteld
tegenover Farao, tegenover al zijn dienaren
en tegenover heel het volk van zijn land,
want U wist, dat zij boosaardig tegen hen optraden,
en U hebt zich een naam gemaakt, zoals (die is) op deze dag!
11
De zee hebt U voor hen gespleten,
zodat ze doortrokken, midden door de zee, op het droge
maar wie hen vervolgden hebt U in de diepte gegooid
als een steen in machtige wateren!
12
Met een wolkkolom hebt U hen overdag geleid
en met een vuurkolom ‘s nachts
om hen te verlichten op de weg die zij gingen.
13
Op de berg Sinaï bent U neergedaald
en U hebt met hen gesproken vanuit de hemel
en u hebt hun rechtvaardige verordeningen,
betrouwbare onderwijzingen en goede inzettingen en geboden gegeven.
14
Uw heilige sabbat hebt U hen bekend gemaakt
en U hebt hun geboden, inzettingen en een Onderwijzing gegeven
door de hand van uw knecht Mozes.
15
Brood uit de hemel hebt U hun gegeven voor hun honger
en water hebt U voor hen uit een rots doen voortkomen voor hun dorst.
U hebt hun gezegd het land in te beërven
waarvan U gezworen had, het hun te zullen geven.
 

Noten

  1. Met tekstwijziging op grond van o.a. Syr. versie, zie krit. app. BHS. ↩︎

Scroll naar boven