Deuteronomium 24,14-16

 


14
Je zult de dagloner die arm en behoeftig is niet uitbuiten
of hij nu een van je broeders is, of een vreemdeling in je land, in je steden.
15
Op de dag zelf zul je hem zijn loon geven,
de zon mag daarover niet ondergaan,
want hij is arm, en hij verlangt daarnaar1
opdat hij niet over jou roept tot JHWH
en er door jou zonde bedreven wordt.
16
De vaders zullen niet om hun zonen gedood worden
en de zonen zullen niet om hun vaders gedood worden;
een man zal om zijn (eigen) zonde gedood worden.
 

Noten

  1. lett. hij heft zijn ziel daarnaar op↩︎

Scroll naar boven