Openbaring 7,2-12

 


Openbaringen 7:1-12

1
Ik bleef kijken toen het lam een van de zeven zegels opende
2
ook zag ik een andere engel opstijgen van de opgang van de zon
die het zegel van de levende God had,
3
zeggende: beschadigt de aarde, noch de zee, noch de bomen,
4
Ook hoorde ik het getal van degenen die verzegeld werden:
honderdvierenveertigduizend warden verzegeld
5
uit de stam van Juda twaalfduizend verzegelden,
uit de stam van Ruben twaalfduizend verzegelden,
6
uit de stam van Aser twaalfduizend,
uit de stam van Naftali twaalfduizend,
7
uit de stam van Simeon twaalfduizend,
uit de stam van Issachar twaalfduizend,
8
uit de stam van Zebulon twaalfduizend,
uit de stam van Jozef twaalfduizend,
uit de stam van Benjamin twaalfduizend verzegelden.
9
Daarna zag ik en zie! een grote schare die niemand tellen kon
uit alle naties, stammen, volken en talen,
10
Zij riepen met luide stem, zeggende:
‘De redding is van onze God, die op de troon zit
en van het lam.’
11
Ook stonden alle engelen rondom de troon
en de ouderlingen en de vier dieren
en zij vielen voor de troon op hun aangezichten
en aanbaden God
12
zeggende:
Scroll naar boven