Hooglied 2,8-17

 


Vertaling: Societas Hebraica Amstelodamensis

==[zij:]1

8
Hoor: mijn liefste! Daar komt hij!
Hij huppelt over de bergen, hij springt over de heuvels.
9
Mijn liefste lijkt wel een gazelle, of een jonge ree;
daar staat hij buiten voor onze muur,
hij kijkt door de vensters, hij tuurt door de spijlen.
10
Dan spreekt mijn liefste, hij zegt tot mij:
Sta op, mijn vriendin, mijn schone, en ga naar buiten,
11
want zie, de winter is voorbij,
de regen is weggetrokken, heengegaan.
12
Op het land verschijnen de bloesems,
de tijd van het snoeien breekt aan,
op ons land klinkt het geluid van de tortel.
13
De vijgenboom kleurt zijn jonge vruchten,
de wijnstokken in bloesemknop geven hun geur;
sta op, ga,2 mijn vriendin, mijn schone, en ga naar buiten.
14
Duif van mij in de rotskloven,
verscholen in de bergwand,
laat mij je gestalte zien,
laat mij je stem horen,
want je stem is aangenaam
en je gestalte lieflijk.
15
Vang de vossen, de kleine vossen:
ze vernielen de wijngaarden, onze wijngaarden in bloesemknop.
16
Mijn liefste is van mij, en ik ben van hem,
die weidt tussen de leliën.
17
Totdat de dag verwaait en de schaduwen wijken,
ga rond, mijn liefste, zo
als een gazelle of een jonge ree op de bergen van Bèter.3
 

Noten

  1. Om de verschillende stemmen te onderscheiden is er voor gekozen die aan te geven met behulp van tussenkopjes, waarbij drie `personages´ worden onderscheiden: het meisje (zij), de jongen (hij) en een derde partij, die als koor wordt aangeduid.↩︎

  2. `ga´: De vertaling volgt de lezing van de standaardtekst; de masoreten stellen voor een z.g. dativus ethicus te lezen, die door middel van een uitroepteken kan worden vertaald of onvertaald kan blijven↩︎

  3. Met dank aan SHA en NBG. De gehele vertaling van Hooglied (4e druk) is verschenen onder ISBN 978-90-6126-074-5↩︎

Scroll naar boven