Matteüs 6,19-23

 


19
Verzamelt u niet schatten op aarde,
waar mot en roest1 ze verwoesten2
en waar dieven inbreken en stelen;
20
verzamelt u schatten in de hemel
waar noch mot noch roest ze verwoesten
en waar dieven niet inbreken en niet stelen;
21
want waar je schat is, zal ook je hart zijn.
22
De lamp van het lichaam is het oog.
Als dus je oog eerlijk3 is,
zal heel je lichaam verlicht zijn;
23
maar als je oog troebel4 is,
zal heel je lichaam duister zijn.
Als nu het licht in je
duisternis is,
hoe groot is dan de duisternis!
 

Noten

  1. βρῶσις‚ letterlijk: het eten. Roest (NBG) worm (Willibrord 78), houtworm (W 95) zijn dingen die het opeten kunnen doen. In het NT komt het 11 keer voor, in de 9 plaatsen buiten Mat is de betekenis telkens iets als “eten” of “spijze”.↩︎

  2. (doen) verdwijnen, verwoesten↩︎

  3. Letterlijk “enkel(voudig)”, “eerlijk/echt/betrouwbaar”. Overdrachtig “zonder bijbedoeling”.↩︎

  4. πονηρὸς‚ in fysieke zin: slechte conditie, ziek. In ethische zin: slecht, gedegenereerd, boosaardig. In Mt 6, 13 de boze, het kwaad.↩︎

Scroll naar boven