1 Korintiërs 15,1-11

 


het evangelie

1
Ik maak jullie bekend, broeders,
het evangelie,
dat door mij als goede boodschap aan jullie gebracht is
dat jullie ook ontvangen hebben,
waarin jullie staande zijn gebleven,
waardoor jullie ook gered zijn,
2
om welke reden ik (het) jullie dan ook geboodschap heb,
als jullie er aan vasthouden,
tenzij jullie tevergeefs geloofd hebben.
 
3
Want in de eerste plaats heb ik jullie overgeleverd,
wat ik zelf ontvangen heb,
dat Christus gestorven is voor onze zonden,
naar de schriften,
4
en dat hij begraven is en opgewekt, ten derde dagen,
naar de schriften,
5
en dat hij verschenen is aan Kefas,
vervolgens aan de twaalven,
6
daarna verscheen hij eenmalig
aan meer dan vijfhonderd broeders,
waarvan de meesten tot nu toe verblijven,
maar sommigen zijn ontslapen.
7
Vervolgens verscheen hij aan Jacobus,
daarna aan alle apostelen,
8
Van allen de laatste,
als betrof het een misgeboorte,
verscheen hij ook aan mij.
9
Want ik ben de minste van de apostelen,
en ik ben niet waard een apostel genoemd te worden,
omdat ik immers de gemeente van God vervolgd heb.
10
Maar door Gods genade ben ik,
die ik ben,
en zijn genade,
die in mij is,
is niet voor niets geweest,
maar meer dan zij allemaal heb ik me ingespannen,
niet ik dus,
11
maar de genade van God die met mij is.
Hetzij dan door mij, hetzij door dezen,
zó verkondigen wij en zó hebben jullie geloofd.
 
Scroll naar boven