Jesaja 54,4-14

 


(*tot vrouwe Sion*)

4
Vrees niet, want je zult geen schande dragen.
Bloos niet, want je hoeft niet schaamrood te worden.
Ja, de schande van je jonge jaren mag je vergeten
en aan de smaad van je weduwetijd hoeft je niet meer te denken.
5
Want je echtgenoot dat is hij die je maakte;
JHWH der Legerscharen is zijn naam.
Je [ver]losser, dat is de Heilige van Israël:
God der ganse aarde wordt hij genoemd.
 
6
Ja, als een verlaten vrouw,
verslagen van geest,
zo roept JHWH jou [tot zich].
‘De vrouw van de jeugdjaren
kan die versmaad worden?’ zegt je God.
7
‘Voor een klein moment had ik je verlaten;
in groot erbarmen haal ik je terug.
8
In torenhoge1 toorn
verborg ik mijn aangezicht een moment voor jou;
solidair voor altijd, erbarm ik mij over jou’,
zegt je [ver]losser, JHWH.
9
‘Ja, een Noach-watervloed is dit voor mij:
Zoals ik gezworen heb, dat niet nog eens
een Noach-watervloed over de aarde zal komen,
zo zweer ik niet langer te toornen tegen jou
of te dreigen tegen jou.
10
Want bergen mogen wijken,
heuvels mogen wankelen,
mijn solidariteit met jou, die zal niet wijken;
mijn verbond van vrede dat zal niet wankelen’,
zo zegt jouw erbarmer, JHWH.
 
11
‘Jij neergehaalde,
door storm gestriemde,
troosteloze [stadsvrouwe],
zie, ik leg jouw [bouw]stenen neer in metselmortel,
ik fundeer je op saffieren;
12
uit robijn maak ik je tinnen,
je poorten van karbonkelstenen,
heel je omwalling van edelstenen.
13
Al je zonen zijn leerlingen van JHWH.
Groot is de vrede van je zonen!
14
Door gerechtigheid word je opgericht.
Wees zó dan ver weg van onderworpenheid
nee, je hoeft niet [meer] te vrezen;
[ver weg] van terreur
nee, die zal je niet [meer] te na komen.’
 

Noten

  1. Rijm met een hapax legomenon.↩︎

Scroll naar boven