Jesaja 3,25-26

 


25
Je kerels, door het zwaard zullen ze vallen
je krijgsmacht in de strijd.
26
Haar toegangen zullen klagen en treuren
leeggeroofd zal ze ter aarde neerzitten.
 
1
Zeven vrouwen zullen één man vastgrijpen, op die dag
en zeggen:
ons [eigen] brood zullen wij eten
onze [eigen] kleding zullen wij aantrekken;
laat alleen maar je naam over ons geroepen worden
neem [alleen maar] onze schande weg.
 
2
Op die dag zal de Spruit van JHWH zijn tot pronk en heerlijkheid
en de vrucht van het land tot hoogheid en sieraad
voor Israëls ontkomenen.
 
3
Het zal [zo] zijn: wie resteert in Sion
en overgebleven is in Jeruzalem, zal heilig geheten worden voor hem
ieder die opgeschreven is ten leven in Jeruzalem.
 
4
Als [mijn] Meester heeft weggewassen de smerigheid van de dochters van Sion
en de bloedvlekken van Jeruzalem heeft weggespoeld uit het midden ervan
door de geest van oordeel en de geest van uitzuivering,
5
dan zal JHWH over heel de standplaats van de berg Sion
en over hen die ervan zijn samengeroepen
overdag een wolk scheppen
en rook en gloed ’s nachts, vlammend vuur.
 
Ja, over de hele eer zal er een overkoepeling zijn;
6
een hut zal het zijn
voor schaduw – overdag – tegen de hitte
en bescherming en beschutting tegen donderbui en stortregen.
 
Scroll naar boven