Johannes 16,16-24

 


Inleiding: Jezus spreekt met zijn leerlingen over de “komende tijd” van vreugde en droefenis. De geest der waarheid zal komen en die zal niet uit zichzelf spreken maar spreken wat zij hoort. En in dat licht gaat het verder:

16
Nog een korte tijd en jullie aanschouwen mij niet meer
en weer een korte tijd en jullie zullen mij zien.
17
Van zijn leerlingen zeiden er sommigen tot elkaar:
Wat is dit
wat hij ons zegt:
Nog een korte tijd en jullie aanschouwen mij niet meer
en weer een korte tijd en jullie zullen mij zien.
En
Ik ga heen naar de vader?
18
Zij zeiden:
Wat is het
dat hij zegt over “een korte tijd”?
Wij weten niet
wat hij spreekt.1
19
Jezus bemerkte
dat zij hem iets wilden vragen,
en hij zei tot hen:
Jullie zochten met elkaar naar de betekenis daarvan
dat ik zei:
Nog een korte tijd en jullie aanschouwen mij niet meer
en weer een korte tijd en jullie zullen mij zien?
20
Vast en zeker is het, zeg ik jullie,
dat jullie zullen huilen en jammeren
en de wereld zal zich verheugen;
jullie zullen bedroefd worden,
maar jullie droefheid zal vreugde worden.
21
De vrouw die baart is bedroefd2
omdat haar uur is gekomen,
maar wanneer zij het kind voortgebracht zal heb¬ben,
herinnert zij zich de verdrukking niet meer door de vreugde
dat een mens ter wereld is gebracht.3
22
En jullie zullen bedroefd zijn
maar ik zal jullie weerzien4
en je hart zal zich verheugen
en jullie vreugde neemt niemand jullie af.
23
Op die dag zullen jullie mij niets meer vragen;
vast en zeker is het, zeg ik jullie,
wat jullie ook van de vader bidden in mijn naam,
hij zal het jullie geven.
24
Tot nu toe hebben jullie niet om iets gebeden in mijn naam,
bidt en je zult het ontvangen
opdat jullie vreugde vervuld is.
 

Noten

  1. In een poging “begrijpelijk” te vertalen worden soms in de NBV“verhaalpersonen” verkeerd neergezet, ze raken uit het zicht of uit het gehoor. In vs 18 is “Wat bedoelt hij toch?” een legitieme interpretatie van de passage maar in het Grieks worden meer personen gebruikt: “wij weten niet” en “hij spreekt”. Ook hier een contrast verwaarloosd.↩︎

  2. De woorden in deze passage voor “droefheid” en “vreugde” in het grieks lupeo en lupè en chairomai en charis worden gevarieerd vertaald. Dit kan afbreuk doen aan de kracht van deze begrippen waardoor ook het contrast waarin ze hier staan, in sterkte verliest. Nu is het denkbaar dat men in verband met het baren voor “pijn” kiest; m.i. kan “droefheid” wanneer je de bijzin met oti erop laat slaan; dan heeft het niet direct met het concrete, pijnlijke baren te maken. Misschien is “smart(en) ondervinden” een alternatief.↩︎

  3. In vs 21 geeft het werkwoord gennao ook problemen in dit opzicht. Pieter Oussoren handhaaft eenzelfde vertaling voor het werkwoord: eerst ten aanzien van de tweede aoristusvorm bij de vrouw: “zij heeft voortgebracht” en dan ten aanzien van de mens: “hij is ter wereld gebracht”.

    Ook hier biedt de NBV interpretaties die de tekst geen recht doen: de eerste vorm is er vertaald met “haar kind is geboren” en de tweede met “is ter wereld gekomen”.↩︎

  4. interessant, zegt Klaas Eldering, nu de rollen omgedraaid: ik zal jullie weerzien, ipv jullie zullen mij weer zien.↩︎

Scroll naar boven