Marcus 13,24-37

 


24
Maar in die dagen na die verdrukking zal de zon verduisterd worden
en de maan zal haar schijnsel niet meer geven.
25
en de sterren zullen er zijn om uit de hemel te vallen,
en de mogendheden die in de hemelen zijn zullen geschokt worden.
26
En dan zullen zij zien de zoon van de mens,
komend in de wolken met veel mogendheid en heerlijkheid.
27
En dan zendt hij de boden af
en vergaart de uitgelezenen bijeen uit de vier windstreken
van het uitertste der aarde tot het uiterste des hemels.
28
Maar van de vijgenboom leert gij de gelijkenis:
Wanneer haar tak reeds week wordt en de bladeren uitspruiten
weet gij dat de zomer nabij is.
29
Alzo ook gij, wanneer gij dit ziet geschieden,
weet gij dat hij nabij is bij de toegangsdeur.
30
Amen: ik zeg jullie dat dit geslacht toch niet voorbij gaat
totdat dit alles geschiedt.
31
De hemel en de aarde zullen voorbijgaan
maar mijn woorden zullen nimmer voorbijgaan.
32
Maar omtrent die dag of het uur weet niemand,
zelfs de boden in de hemel niet,
noch de zoon, slechts de Vader.
33
toe, blijft wakker!
Want gij weet niet wanneer de bepaalde tijd is.
34
Zoals een mens die afwezig is
en zijn huis verlaten heeft
en die aan zijn dienstknechten de volmacht heeft gegeven,
heeft hij aan ieder zijn werk opgedragen
en aan de deurwachter dat hij zal waken.
35
Waakt dus!
Want gij weet niet wanneer de heer van het huis komt:
laat of te middernacht, bij het hanengekraai of vroeg,
36
opdat hij niet plotseling komt en jullie slapend vindt.
37
Maar jullie allen zeg ik, ik zeg: waakt!
Scroll naar boven