6e zondag van de zomer, 26 juli 2009
Romeinen 15,1-13
Inleiding
Paulus buigt zijn pleidooi dat sterken instaan voor zwakken toe naar het samengaan van Joden en heidenen; dat samengaan ligt daarin dat Christus als 'dienaar van de besnijdenis' de volken wil brengen tot het ware leven: de lofprijzing van Israels God
Vertaling
1Wij — de machtigen — zijn verplicht mee te tillen1 ,
aan de zwakheden van de onmachtigen
en niet onszelf te gerieven —
2laat ieder van ons de naaste gerieven2 ,
ten goede, om (het huis) op te bouwen.
3Want ook de Christus is niet zichzelf komen gerieven,
maar het was zoals geschreven is:
alle smaad van hen die U smaden3 ,
die is over mij heen4 gevallen5
4Want alwat voorheen geschreven is —
om ons te onderrichten is het geschreven,
zodat wij door de volharding en de bemoediging
van deze geschriften de hoop zouden hebben.
5De God van de volharding en de bemoediging moge u6 geven
dat u op hetzelfde bedacht bent onder elkaar,
overeenkomstig Christus Jezus,
6zodat u gelijkgericht, met één mond,
de God en Vader van onze Heer Jezus Christus eert.
7Daarom: aanvaard elkaar,
zoals ook de Christus u aanvaard heeft –
tot eer van God!
8Want dit zeg ik:
Christus is een dienaar van de besnijdenis7 geworden
— vanwege de waarachtigheid van God —8 ,
om de beloften aan de vaders-en-moeders te bevestigen9 ,
9zodat de heidenen
— vanwege Zijn barmhartigheid –10 ,
God gaan eren,
zoals geschreven is:
Daarom zal ik U danken onder heidenen,
en Uw Naam bezingen.11
10En verder12 zegt hij:
Wees vrolijk, heidenen, samen met Zijn volk!13
11En verder:
Loof JHWH, alle heidenen,
en laten alle volken Hem prijzen!14
12En verder zegt Jesaja:15
Het zal geschieden16 :
de wortel van Jesse die zal opstaan
om te regeren over heidenen,
op hem zullen heidenen hopen17 .
13De God van de hoop moge u vervullen
met alle vreugde en vrede in het geloven18 ,
om overvloedig te zijn in de hoop
in de kracht van de heilige Geest.
Noten
1 | NBV vaag ‘helpen’ | 2 | NBV uitleggerig ‘richten op het belang van de ander’ | 3 | NBV enkelvoud(?) | 4 | Hebr. ‘al | 5 | Vgl. Ps. 69:10 | 6 | NBV ‘ons’ | 7 | NBV parafraseert ‘van de Joden’ | 8 | Henk Vreekamp vertaalt: ‘als bewijs van (de) trouw van God’ (‘Kerk & Israel sept. 1996, blz. 2; NBV ‘om hun te tonen dat God trouw is’ | 9 | NBV ‘vervullen’, maar dat staat er niet | 10 | Vreekamp: ‘als bewijs van (de) barmhartigheid (van God) | 11 | Vgl. Ps. 18:50 | 12 | zo Vreekamp | 13 | Vgl. Deut. 32:43 | 14 | Ps. 117:1 | 15 | Vgl. Jes. 11:10 | 16 | zo Buber | 17 | zo LXX, maar Jes. heeft דרשׁ — zoeken | 18 | NBV ‘geloof’ |
|