Paaswake, 22 maart 2008
Matteüs 28,1-10
Inleiding
Enkele wijzigingen aangebracht n.a.v. commentaar van Marianne Storm
Vertaling
1Laat na de sabbath — het was bijna morgen,
de eerste [dag] van de week —
gingen Maria Magdalena en de andere Maria
het graf bezien.
2En zie: een grote aardbeving geschiedde;
want een engel van de Heer
daalde neer uit de hemel,
kwam dichterbij, rolde de steen weg
en ging er bovenop zitten.
3Zijn aanblik was als de bliksem,
zijn kleding was wit als sneeuw.
4De bewakers beefden uit vrees voor hem
en werden als doden.
5De engel zei tot de vrouwen in antwoord:
Vrees niet; ik weet
dat jullie Jezus de gekruisigde zoeken;
6hij is hier niet,
want hij is opgewekt, zoals hij gezegd had;
kom maar, bekijk de plek waar hij lag.
7Ga snel op pad en zeg zijn leerlingen
dat hij is opgewekt uit de doden.
En zie: hij gaat jullie voor naar Galilea;
dáár zullen jullie hem zien —
zie, ik heb het je gezegd.
8Ze gingen snel weg bij het graf vandaan,
met vrees en grote blijdschap renden ze heen
om het zijn leerlingen te vertellen.
9En zie: Jezus kwam hen tegemoet en zei:
'Gegroet, allebei!'
Ze kwamen dichterbij, pakten z'n voeten vast
en bogen voor hem neer.
10Toen zei Jezus tot hen:
Vrees niet;
ga en vertel aan mijn broeders
dat ze naar Galilea moeten gaan;
dáár zullen zij mij zien.
|