aanmelden
Schriftlezing
website van de Dirk Monshouwer Stichting
H | 2e Advent | Leesrooster | M | Contact
Rubrieken
Agenda
De DM-Stichting
d Bijbelvertalingen
Gesorteerd op:
Bijbels
d Exegeses
Gesorteerd op:
Bijbels
Nieuws
d Links
Hoe kan ik ...
Oculi, 12 maart 2023
Johannes 4,5-26
Inleiding
Deze vertaling is gemaakt door Jan Willem Stam.
Vertaling
5En zo1 komt hij2 bij een stad in Samaria
die Sichar3 wordt genoemd,
dichtbij bij het stuk grond dat Jakob aan zijn zoon Jozef heeft gegeven.4
6Daar was de bron van Jakob.
Jezus, vermoeid van de reis,
zat dus5 bij die put,
-het was rond het zesde uur-6
7komt er een Samaritaanse vrouw om water te putten.
Jezus zegt tegen haar:
‘Geef mij te drinken.’
8want zijn leerlingen waren weggegaan, de stad in, om voedsel te kopen.
9De Samaritaanse vrouw zegt daarop7 tegen hem:
‘Hoe kunt u die een Judeeër8 bent
van mij, die een Samaritaanse vrouw is, te drinken vragen?’
Want Judeeërs gaan niet samen9 met Samaritanen.
10Jezus gaf haar ten antwoord:
‘Als u had ingezien [wat] de gave van God [is],
en wie degene is die tegen u zegt:
“Geef mij te drinken”,
u zou10 het hem gevraagd hebben,
en hij zou u levend water hebben gegeven.’
11De vrouw zegt tegen hem:
‘Heer, u hebt geen emmer11 ,
en de put is diep;
waar haalt u dan het levende water vandaan?
12U bent toch niet groter dan onze vader Jakob,
die ons de put gegeven heeft;
hij dronk eruit en zijn zonen en zijn vee.’
13Jezus gaf haar ten antwoord:
‘Al wie drinkt van dit water zal weer12 dorst krijgen;
14wie echter drinkt van het water dat ik hem zal geven,
zal volstrekt geen13 dorst krijgen tot in het [komende/nieuwe] tijdperk14 ,
maar het water dat ik hem zal geven,
zal een bron van water in hem worden,
die opwelt tot in het leven van het [nieuwe] tijdperk15 .
15De vrouw zegt tegen hem:
‘Heer, geef mij dat water,
zodat ik geen dorst meer zal hebben
noch hier zal komen om te putten.’
16Hij zegt tegen haar:
‘Ga, roep uw man16
en kom hierheen.’
17De vrouw gaf hem ten antwoord:
‘Ik heb geen man.’
Jezus zegt haar:
‘Dat zegt u goed17 :
“Ik heb geen man.”
18want u hebt vijf mannen gehad
en die u nu hebt, is uw man niet;
dit hebt u naar waarheid gezegd.’
19De vrouw zegt tegen hem:
‘Heer, ik zie in dat u een profeet18 bent.
20Onze voorouders19 hebben zich op deze berg neergebogen20   
en u zegt dat Jeruzalem de plaats is waar je je moet neerbuigen.’
21Jezus zegt haar:
‘Vertrouw me, vrouw21 ,
het uur22 komt dat u noch op deze berg, noch in Jeruzalem zich voor de Vader zult neerbuigen.
22U buigt zich neer voor wat u niet kent
wij buigen ons neer voor wat wij kennen,
want de redding23 is uit de Judeeërs.
23Maar het uur komt en is nu,
dat de waarachtige aanbidders zich voor de Vader zullen neerbuigen
in geest en waarheid24 ;
want zulke mensen die zich voor hem neerbuigen,
zoekt de Vader,
24Geest is God,
en die zich voor hem neerbuigen
moeten zich voor hem in geest en waarheid neerbuigen.’
25De vrouw zegt tegen hem:
‘Ik weet dat de Messias die gezalfde wordt genoemd komt;
wanneer die komt,
zal hij ons alles verkondigen25 .’
26Jezus zegt tegen haar:
‘Ik ben het26 die met u spreekt.'
Noten
1οὖν: ik kies ervoor dit woord niet concordant met 'dan' te vertalen, maar gebruik te maken van verschillende woorden die de functie van οὖν beter weergeven.
2praesens, ik vertaal alle praesensvormen met een tegenwoordige tijd
3wordt alleen hier genoemd, mogelijk het huidige Askar, werd in het verleden soms ten onrechte als aanduiding voor Sichem gezien
4Zie Genesis 33:19; 48:22.
5zie noot 1
6geteld vanaf zonsopgang, dus ongeveer midden op de dag
7zie noot 1
8Ἰουδαῖος: De eeuwige vertaalkwestie in het Johannesevangelie, Jood of Judeeër? Hier lijkt mij Judeeërs gepast.
9van συγχράομαι: letterlijk 'samengebruiken', met dativus 'te maken hebben met.../samengaan met...'
10ἂν: dit partikel maakt de mededeling contingent, daarom vertaal ik het werkwoord subjunctief
11ἄντλημα:'schepbak' (Naardense Bijbel)
12πάλιν: 'weer/opnieuw', maar ook 'terug', dus: 'Wie drinkt uit deze put keert terug naar de dorst'
13οὐ μὴ: letterlijk 'nooit niet'
14εἰς τὸν αἰῶνα: je kunt hier en even verderop natuurlijk gebruik maken van 'eeuwig', dan is het makkelijker concordant te houden, maar de theologische misverstanden liggen dan wel op de loer.
15εἰς ζωὴν αἰώνιον
16ἄνδρα: 'mannelijk mens', sommige vertalingen maken hier 'echtgenoot' van.
17καλῶς: 'terecht, mooi, fijntjes, voortreffelijk, goed, eerlijk, juist'
18προφήτης: letterlijk 'voor aan-het-licht-brenger', een profeet zegt Gods woorden voor, soms door de toekomst te voorzien
19πατέρες: letterlijk 'vaders/voorvaderen'
20van προσκυνέω: προs 'in de richting van' en κυνέω: 'kussen', de grond kussen voor een hogergeplaatste
21γύναι: ‘vrouw’ (vocativus), zie ook Johannes 2:4, 8:10, 19:26, 20:13, 15
22ὥρα, komt 26 keer voor in Johannes
23σωτηρία: 'verlossing/redding/bewaring/behoud/veiligheid’
24ἐν πνεύματι καὶ ἀληθείᾳ
25ἀναγγελεῖ: 'aankondigen' (Naardense Bijbel)
26ἐγώ εἰμι: 'ik ben', zie ook Johannes 6:35,51; 8:12, 9:5; 10:7,9; 10:11,14; 11:25; 14:6; 15:1,5.
Afdrukken | Vertaler onbekend | bij Oculi
Laatste wijziging 24 Feb 2023 14:02:16
Reacties: nog geen reactie. Gebruik, als u bent ingelogd, b om te reageren.
Andere vertalingen: Joh. 4,4-42 [Evangelie] , Joh. 4,5-26 [Evangelie] , Joh. 4,1-26 [Evangelie]
Exegeses: Joh. 4,5-26 [Commentaar] De vrouw bij de bron

Oculi - paars
Geen afbeelding opgegeven.

Overige teksten:

Joh. 4,5-26 [rector]
Ex. 17,1-7 [OT]

Deze site heeft 235 leden, waarvan 1 online; Bezoekers : vandaag: 354; Colofon