aanmelden
Schriftlezing
website van de Dirk Monshouwer Stichting
H | 2e Advent | Leesrooster | M | Contact
Rubrieken
Agenda
De DM-Stichting
d Bijbelvertalingen
Gesorteerd op:
Bijbels
d Exegeses
Gesorteerd op:
Bijbels
Nieuws
d Links
Hoe kan ik ...
Laetare, 19 maart 2023
Johannes 9,1-41
Inleiding
Het oecumenisch leesrooster slaat 14 t/m 25 over. Jammer, want daar gaat het over de essentie van Jezus' opdracht: genezen en de ogen openen voor de liefde.
Vertaling
1In het voorbijgaan zag hij een man, blind vanaf zijn geboorte.
2Daarop vroegen zijn leerlingen Hem:
Rabbi, wat heeft hij misdaan, hij of zijn ouders,
opdat hij blind geboren zou worden?
3Jezus antwoordde:
Niet hij noch zijn ouders hebben gezondigd;
maar dit zal de daden van God in hem aan het licht brengen1 .
4Wij moeten de daden doen van Hem die Mij gezonden heeft zolang het dag is;
de nacht valt, als niemand in staat is daden te doen.
5Zolang Ik in de wereld ben,
ben Ik het licht der wereld.
6Nadat hij dit gezegd had
spoog hij op de grond
en maakte klei met zijn speeksel
en smeerde de klei op zijn ogen.
7En hij zei tegen hem:
Ga heen,
was u in het badhuis van Siloam (wat vertaald betekent: Gezondene).
Dus ging hij weg
en waste zich
en toen hij terugkwam was hij ziende.

8Daarom zeiden zijn buren en de de mensen die hem vroeger gezien hadden als bedelaar:
Is dat niet die man die zat te bedelen?
9Sommigen zeiden:
Ja, dat is hij.
Anderen zeiden:
Nee, maar hij lijkt wel op hem.
Hijzelf zei:
Ik ben het!
10Daarom vroegen ze hem:
Hoe werden uw ogen dan geopend?
11Hij antwoordde hen:
De man die Jezus genoemd wordt, maakte klei
en smeerde die op mijn ogen
en zei tegen mij:
Ga heen naar Siloam en was je;
dus ik ging
en nadat ik mij gewassen had,
kon ik weer zien.
12Ook zeiden ze tegen hem:
Wie was die man?
Hij zei:
Ik weet het niet.

13Ze brengen hem naar de farizeeën, de man die eens blind was.
14Het was namelijk sabbat op de dag
dat Jezus modder had gemaakt
en zijn ogen had geopend.
15Daarom vroegen de farizeeën hem opnieuw hoe hij weer kon zien.
En hij vertelde hen:
Hij deed klei op mijn ogen,
ik waste me
en ik zie.
16Enkele van de farizeeën zeiden daarop:
Deze man is niet van God,
want hij houdt zich niet aan de sabbat.
Maar anderen zeiden:
Hoe kan een zondig mens zulke tekenen doen?
En er kwam verdeeldheid onder hen.
17Ze zeiden nog eens tegen de blinde:
Wat zeg jij van die man,
die jouw ogen heeft geopend?
Hij zei:
Hij is een profeet.

18De Joden konden niet geloven
dat hij blind was en weer kon zien
tot ze de ouders van hem die weer kon zien erbij riepen.
19en ze vroegen hen:
Is dit jullie zoon,
waarvan jullie zeggen dat hij blind werd geboren?
Hoe komt het dan dat hij nu kan zien?
20Zijn ouders antwoorden daarop:
Wij weten dat hij onze zoon is
en dat hij blind werd geboren;
21hoe het komt dat hij nu kan zien, weten wij niet,
of wie zijn ogen heeft geopend
weten wij ook niet;
vraag het hemzelf,
hij is oud genoeg,
hij zal voor zichzelf spreken.
22Dit zeiden zijn ouders
omdat ze bang waren voor de Joden;
want de Joden hadden al met elkaar afgesproken dat
als iemand hem als Christus zou erkennen,
hij uit de synagoge gestoten zou worden.
23Daarom zeiden zijn ouders:
Hij is oud genoeg,
vraag het hemzelf.

24Ze riepen de man die blind geweest was een tweede keer erbij
en zeiden tegen hem:
Geef de eer aan God;
wij weten dat die man een zondaar is.
25Hij antwoordde hen:
Of hij een zondaar is,
weet ik niet.
Eén ding weet ik:
dat ik, die blind was, weer kan zien.
26Ze zeiden daarop tegen hem:
Wat heeft hij met je gedaan?
Hoe heeft hij jouw ogen geopend?
27Hij antwoordde hen:
Dat heb ik jullie al gezegd
maar jullie hebben niet geluisterd;
waarom willen het nóg een keer horen?
Jullie willen toch zeker niet zijn leerlingen worden?
28Nu vielen ze tegen hem uit:
Jij bent een leerling van die man!
Maar wij zijn leerlingen van Mozes!
29Wij weten dat God met Mozes heeft gesproken,
maar waar hij vandaan komt, dat weten wij niet.
30De man antwoordde hen en zei:
Dat is toch wel verbazingwekkend,
dat jullie niet weten vanwaar hij komt,
terwijl hij mij de ogen heeft geopend.
31We weten dat God niet luistert naar zondaren
maar als iemand godvrezend is,
en zijn wil doet,
luistert hij naar hem.
32Het is in alle eeuwen nog nooit gehoord
dat de ogen van iemand,
die blind was geboren,
werden geopend;
33als hij niet van God was,
kon hij niets doen.
34Ze antwoordden en zeiden tegen hem:
Jij bent volledig in zonde geboren,
en nu lees je ons de les?
En ze joegen hem weg.

35Jezus hoorde,
dat ze hem weggejaagd hadden.
Toen hij hem terugvond
zei hij:
Geloof jij in de Zoon van de mens?
36Hij antwoordde en zei:
En wie is hij dan wel, Heer, opdat ik Hem geloven kan?
37Jezus zei tegen hem:
Je ziet hem zelfs,
en die met je spreekt,
dat is hem.
38Hij zei:
Ik geloof, Heer,
en hij knielde voor Hem neer.

39Jezus zei:
Ik ben gekomen als een oordeel over de wereld,
opdat zij die niet zien ziende worden
en zij die wel zien blinden worden.
40Enkele farizeeën die bij hem stonden hoorden dat
en zeiden tegen hem:
Wij zijn toch zeker niet blind?
41Jezus zei tegen hem:
Waren jullie maar blind,
dan zouden jullie zonder zonde zijn.
Nu zeggen jullie:
Wij zien!
Zo blijft jullie zonde.
Noten
1of: 'maar opdat aan het licht gebracht wordt de daden van God in Hem'. Maar φανερωθῇ is enkelvoud en τὰ ἔργα τοῦ Θεοῦ is meervoud. De blindheid openbaart dus, met de werken als acc.
Afdrukken | vertaling door Peter | bij Laetare
Laatste wijziging 26 Oct 2022 12:46:52
Reacties: nog geen reactie. Gebruik, als u bent ingelogd, b om te reageren.
Andere vertalingen: Joh. 9,1-41 [Evangelie] De blindgeborene, Joh. 9,1-41 [Evangelie] Wie is er ziende en wie is er blind?, Joh. 9,1-13 [Evangelie] , Joh. 9,26-39 [Evangelie] , Joh. 9,1-41 [Evangelie]
Exegeses: Joh. 9,1-41 [Commentaar] blind of ziende

Laetare - paars of rozerood
Geen afbeelding opgegeven.

Overige teksten:

Joh. 9,1-41 [Evangelie]
1Sam. 16,1-13 [OT]

Deze site heeft 235 leden, waarvan 3 online; Bezoekers : vandaag: 132; Colofon