5e van de 40 dagen, 2 april 2017
Johannes 8,46-59
Inleiding
Een heftige dialoog binnen het Joodse volk
Vertaling
46Wie van jullie verwijt mij een zonde1 ?
Als ik waarheid2 spreek,
waarom geloven jullie3 mij dan niet?
47Wie uit4 God is geeft gehoor aan5 de woorden van deze God —
dáárom6 geven jullie er geen gehoor aan:
omdat jullie niet uit God zijn!
48De Judeeërs7 antwoordden en zeiden8 tegen hem:
Zeggen wij niet terecht
dat u een Samaritaan bent
en een demon hebt?
50Jezus antwoordde9 :
Ik heb geen demon,
maar ik eer mijn vader
en jullie onteren mij!
Maar ik zoek niet mijn eigen heerlijkheid10 —
er is iemand die zoekt en oordeelt…11
51Amen, amen, ik zeg jullie:
als iemand mijn woord bewaart
zal hij geen dood aanschouwen, niet tot in eeuwigheid12 !
52De Judeeërs zeiden tegen hem:
Nu onderkennen wij dat u een demon hebt!
Abraham is gestorven, en de profeten ook —
en u zegt:
als iemand13 mijn woord bewaart
zal hij geen dood proeven, niet tot in eeuwigheid!
53U bent toch niet groter dan onze vader Abraham die gestorven is?!
En ook de profeten zijn gestorven…!
Wie maakt u van uzelf14 ?
54Jezus antwoordde:
Als ik mijzelf verheerlijk,
is mijn heerlijkheid niets.
Het is mijn vader die mij verheerlijkt,
van wie jullie zeggen: die is onze God!
55En jullie kennen Hem niet,
maar ik weet van Hem!
Als ik zeg dat ik niet van Hem weet,
zal ik net als jullie een leugenaar zijn!
Maar ik weet van Hem
en ik bewaar zijn woord.
56Abraham, jullie vader, bejubelde het zien van mijn dag15 ,
en hij zag16 die en verheugde zich.
57Toen zeiden de Judeeërs tegen hem:
U bent nog geen vijftig jaar
en hebt Abraham gezien?!
58Jezus zei tegen hen:
Amen, amen, ik zeg jullie:
voordat Abraham geboren werd ben ik…17 !
59Toen pakten ze stenen op om naar hem te gooien.
Maar Jezus verborg zich18
en
Noten
1 | zo Naardense Bijbel | 2 | NBV `de waarheid´ | 3 | met nadruk apart zo aangeduid, geeft de felheid van de dialoog weer; daarom cursief, ook in het vervolg | 4 | NBV `van´; is toch iets anders | 5 | zo NB | 6 | laat NBV weg, maakt de retoriek zwakker | 7 | ik volg hier voorlopig het voorstel van Pieter Oussoren, geeft minder aanleiding tot het misverstand van jodenhaat | 8 | beide woorden samen door de NBV vervangen door `riepen´, waarom zo´n ingreep? | 9 | NBV `zei´ | 10 | de NBV vertaalt `timan´ en `doxa´ allebei met `eer´/´eren´ | 11 | de NBV parafraseert hier, moet misschien ook wel | 12 | in de NBV wordt `aioon´ afgevlakt tot `nooit´ | 13 | de NBV verbreekt de bijna-parallellie met Jezus´ woorden | 14 | zo NB; de NBV gebruikt `denken´, is minder actief | 15 | NBV `komst´ — maar als Johannes dat had willen zeggen had hij dat wel geschreven | 16 | NBV `meemaakte´, verliest het lijfelijke en de link met `zien´ in vs. 57 | 17 | zonder het `er´ van de NBV wordt het krachtiger | 18 | `verbergen´ verdwijnt in de NBV |
|