8e na Epifanie, 26 februari 2017
Jesaja 38,1-6
Vertaling
1In die dagen werd Hizkia dodelijk ziek.1
Daarop kwam de profeet Jesaja, de zoon van Amoz2 , tot hem
en hij zei tot hem:
Zo zegt JHWH:
Tref regelingen voor uw huis
want sterven zul jij en niet [verder] leven!
2Daarop draaide Hizkia zijn gezicht naar de wand
en bad tot JHWH.
3Hij zei:
Ach JHWH, gedenk toch,
dat ik voor uw aangezicht in trouw
en met een integer hart gewandeld heb,
en dat ik heb gedaan wat in uw ogen het goede is,
en Hizkia weende luid.
4Toen kwam het woord van JHWH aldus tot Jesaja:
5Ga, en zeg tot Hizkia:
Zo zegt JHWH, de God van David, uw vader:
Ik heb uw gebed gehoord,
ik heb uw tranen gezien,
zie, ik voeg aan uw dagen vijftien jaar toe3 ,
6en uit de hand van de koning van Assur
zal ik u en deze stad bevrijden.
Ik zal een beschutting zijn voor deze stad.
Noten
1 | Hetzelfde verhaal in 2 Koningen 20, 1-6 | 2 | Dat is niet de profeet Amos wiens naam anders wordt gespeld: hier אָמֹוץ ipv עָמֹוס. | 3 | Conform LXX en Vulg. De MT heeft hier de vocalisatie van de derde persoon enkelvoud m.: BDB leest toch een partc. qal. De parallelle tekst in 2 Koningen geeft ook ik voeg toe … |
|