2e na Trinitatis, 9 juni 2013
Lucas 7,11-23
Inleiding
Een groot profeet is opgestaan
Vertaling
11Het geschiedde daarna
dat hij verder trok naar een stad, genaamd Nain
en met hem trokken zijn leerlingen en een grote menigte mee.
12Toen hij de poort van de stad naderde
zie, er werd een dode uitgedragen,
de eniggeboren zoon van zijn moeder, die weduwe was;
en een aanzienlijke1 menigte uit de stad was met haar.
13Toen de heer haar zag
werd hij om haar bewogen en zei haar:
ween niet!
14Hij kwam naderbij, raakte de baar aan,
de dragers stonden stil,
en hij zei:
jongen, ik zeg je: sta op!2
15En de dode ging rechtop zitten
en begon te spreken
en hij gaf hem aan zijn moeder3
16Godsvrees greep hen allen aan4
en zij verheerlijkten God, zeggend:
een groot profeet is onder ons opgestaan5
en: God heeft naar zijn volk opgezien.
17Dit woord verspreidde zich over heel Judea
en over de hele omtrek.
18Zijn leerlingen verkondigden aan Johannes
al deze dingen.
19En Johannes riep een tweetal van zijn leerlingen
en zond hen naar de heer met de woorden:
bent u 'hij die komt'6
of moeten wij een ander verwachten?
20Toen ze bij hem gekomen waren
zeiden de mannen:
Johannes de doper
heeft ons naar u toegezonden met de woorden:
bent u 'hij die komt'
of moeten we een ander verwachten?
21Op dat uur genas7 hij velen
van ziekten, kwellingen en boze geesten
en vele blinden begenadigde hij om te zien
22Hij antwoordde hen en zei:
ga heen en verkondig aan Johannes
wat je gezien en gehoord hebt:
blinden gaan weer zien
lammen wandelen rond
melaatsen worden rein
doven horen8
doden worden opgewekt9
en armen horen de goede boodschap;
23zalig is hij
die geen aanstoot aan mij neemt.
Noten
1 | eig. voldoende, toereikend | 2 | kan ook betekenen: word wakker, waak op.Vgl. vs. 16 en 22. Beiden zijn opstandingswoorden | 3 | Zie 1Kon. 17, 23 | 4 | hier is de 'vreze Gods' duidelijk positief bedoeld; zie het vervolg | 5 | Wie is er nu precies opgestaan? | 6 | zie Psalm 118, 26 | 7 | therapeuein betekent vooral ook:behandelen. Vanwege het 'apo' hier toch met genezen vertaald. Evt.: afhelpen van | 8 | zie hiervoor Jes. 29,18; 35,5,6; 42, 18 | 9 | zie Jes. 26,6 |
|