Marcus 1,21-28

Inleiding

Na het beginvers met de vermelding van de verandering van plaats kent de scène twee onderdelen die beginnen met ‘gelijk’ (εὐθὺς): (1) 1,21b-22 en (2) 1,23-27, waarna vers 28 weer een plaatsverandering kent. Het eerste onderdeel is meer algemeen, zie ook de werkwoordsvormen: coniugatio periphrastica (ἦν διδάσκων) en een duratief imperfectum (ἐδίδασκεν), draagt het karakter van een summarium, in het tweede onderdeel hebben we met een concrete scène van doen. Beide onderdelen eindigen met een reactie van de aanwezigen in de synagoge: versteld over zijn onderwijs (1,22) en stomverbaasd over het gebeuren tussen Jezus en de mens met de onreine geest (1,27).

Vertaling

21
Ze gaan Kafarnaüm binnen1.
Gelijk2, op de sabbat, toen hij de synagoge was binnengegaan, onderwees hij.
22
Ze stonden versteld over zijn onderwijs,
want hij was hen onderwijzend als een gezaghebbende3
en niet als de schriftgeleerden.
23
Gelijk was er in hun synagoge een mens met een onreine geest.
Hij schreeuwde,
zeggende:
24
‘Wat is er tussen ons en u, Jezus [de] Nazarener4?
Bent u gekomen om ons te vernietigen?
Ik weet wie u bent: de heilige van God.’
25
Jezus bestrafte hem:
‘Zwijg stil5
en ga uit, uit hem.’
26
De onreine geest deed hem stuiptrekken en riep met luide stem;
hij ging uit hem.
27
Allen waren stomverbaasd.
Daarom gingen ze met elkaar in discussie,
zeggend:
‘Wat is dit?
Nieuw onderwijs6 met gezag.
De onreine geesten gebiedt hij en ze gehoorzamen hem.’
28
Wat van hem verteld werd7 ging gelijk uit8 overal naar het gehele gebied van Galilea.

Noten

  1. εἰσπορεύονται εἰς, ‘binnengaan’, zie ook 6,56; 11,2.↩︎
  2. In mijn vertaling met ‘gelijk’ (εὐθὺς) houd ik graag het verband vast met het ‘gelijkmaken’ (εὐθείας ποιεῖτε) van 1,3.↩︎
  3. ἐξουσία wordt ook wel vertaald met ‘volmacht’, maar ‘gezag’ lijkt me hier passender, gezien het feit dat er gehoor wordt gegeven aan zijn bestraffing/opdracht aan de onreine geest om van hem uit te gaan.↩︎
  4. Ἰησοῦ Ναζαρηνέ: Jezus [de] Nazarener of Jezus van Nazaret.↩︎
  5. Het werkwoord betekent ook ‘muilkorven’; moet je misschien scherper vertalen met ‘houd je muil’ alsof het om een wild dier gaat?↩︎
  6. Meestal wordt διδαχῇ hier weergegeven met ‘leer’ (NBG51 en NBV), en in 1,22 met ‘onderricht’. Om te zien dat het hier gaat om zijn onderwijs vertaal ik toch graag gelijkluidend, met ‘onderwijzen’ in 1,21b en ‘onderwijs’ in 1,22a.27e.↩︎
  7. Ik sluit hier aan bij de wijze waarop τὴν ἀκοὴν Ἰησοῦ in Mat. 14,1 door NBG51 vertaald is. Dat laat goed zien dat vers 28 aansluit op wat aan het slot van de scène over Jezus gezegd wordt.↩︎
  8. ἐξῆλθεν, zie 1,26b en 1,28. Het ene uitgaan heeft het het andere uitgaan tot gevolg.↩︎
Scroll naar boven